Nieuw onderwijsresultatenmodel primair onderwijs

DEN HAAG - Met ingang van het schooljaar 2020/2021 worden de leerresultaten aan het einde van de basisschool aan de hand van een nieuw onderwijsresultatenmodel beoordeeld. Hierover bericht de Inspectie van het Onderwijs.

Het oordeel over de basisvaardigheden (de standaard OR1 Resultaten) wordt gebaseerd op de referentieniveaus voor taal en rekenen. Daarbij onderscheiden we 2 indicatoren, waarin we de behaalde referentieniveaus voor lezen, taalverzorgingen rekenen samen nemen:

  1. Het percentage leerlingen dat aan het einde van het basisonderwijs het fundamentele niveau 1F haalt voor taal en rekenen. In principe zou elke leerling dit niveau aan het einde van de basisschool moeten beheersen.

  2. Het percentage leerlingen dat aan het einde van het basisonderwijs het hogere niveau (streefniveau) 1S voor rekenen en 2F voor taalverzorging en lezen haalt. Het streven moet zijn dat zoveel mogelijk leerlingen dit niveau beheersen.

Om een stabiel beeld te krijgen, kijken we naar de resultaten van de laatste 3 jaar samen. De resultaten van alle leerlingen (exclusief de leerlingen die voldoen aan de ontheffingsgronden om deel te nemen aan de eindtoets) tellen mee. Afhankelijk van de leerlingenpopulatie ligt de lat (signaleringswaarde) voor het aantal leerlingen dat 1S/2F haalt hoger of lager. Voor het oordeel Voldoende moeten beide indicatoren boven de signaleringswaarden liggen. We houden rekening met de leerlingenpopulatie door te kijken naar de schoolweging. Zie voor de schoolweging van uw school meer informatie de pagina De schoolweging: een nieuwe maat voor de leerlingenpopulatie.

Als de resultaten onder de signaleringswaarden liggen, vragen we de school tijdens een onderzoek om een verantwoording. Hierbij denken wij aan bijzonderheden met betrekking tot de leerlingenpopulatie en passend onderwijs. Deze verantwoording betrekken wij bij ons oordeel.

De signaleringswaarden

De signaleringswaarden hebben wij inmiddels bepaald. De signaleringswaarde voor 1F is gelijk voor alle scholen. We hebben hierbij gekozen voor het ambitieniveau van 85% dat de commissie Meijerink bij de introductie van de referentieniveaus heeft gesteld. De signaleringswaarden voor 1S/2F zijn afhankelijk van de schoolweging. Deze zijn zo gekozen dat ongeveer 90% van de scholen per schoolwegingscategorie resultaten behaalt die boven de signaleringswaarden liggen. Bij de introductie van de referentieniveaus stelde de commissie Meijerink de ambitie dat 65% van de leerlingen 1S/2F zou moeten kunnen halen.

Bekijk hier meer informatie over het onderwijsresultatenmodel.

 

Bron: Inspectie van het Onderwijs

Laatste nieuws