Voorafgaand aan het debat had de minister al in een brief naar de Kamer uiteengezet hoe hij het curriculum wil vernieuwen. Wiersma wil de focus op waar de nood het hoogst is. Dat is namelijk bij de basisvaardigheden taal, rekenen, burgerschap en digitale geletterdheid.
Het CDA benadrukt in het debat dat de aanpak overzichtelijk en klein gehouden moet worden, maar waar wel het goede behouden blijft. Kamerlid Paul van Meenen (D66) benadrukte dat hij de voorbereidingsfase en de implementatie stapsgewijs wil doen. Van Meenen kiest hier dus niet voor de integrale koers van Wiersma. “De grootste urgentie is taal en rekenen, daar moet nu werk van gemaakt worden. Natuurlijk is er altijd samenhang met andere vaardigheden, maar dat leidt niet tot een beschrijving van andere kerndoelen”, aldus Van Meenen.
Peter Kwint van de SP sloot zich daar bij aan. “Er is nooit iemand op tegen om iets integraal te doen, maar soms is het verstandig om het niet te doen. Het karakter van taal en rekenen is anders. Daar zijn we verder mee en de urgentie is groter.”
De AOb maakte ook zelf voorafgaand aan het debat in een brief aan de Kamer duidelijk dat het nieuwe curriculumproces stap voor stap moet verlopen. Allereerst moeten de basisvaardigheden worden opgepakt. Het beginnen bij taal en rekenen zal al genoeg druk leggen op het overbelaste onderwijs.
Minister Wiersma wil niet op voorhand al de basisvaardigheden loskoppelen van de andere vaardigheden. Wel zegde hij toe dat als alles teveel tijd kost hij de basisvaardigheden wel loshaalt van de rest. Binnenkort komt hij hier in een brief naar de Kamer op terug.
Praat mee
Heeft u al een account? Dan kunt u
Inloggen
Heeft u nog geen account? Maak dan een account aan